Friday, October 27, 2006

Tot ziens China!


Dit wordt de laatste "nihao" uit China, aangezien het er hier bijna op zit. Nog twee dagen. Ik heb een tijdje niet geschreven en in dat tijdje hebben we minstens zoveel kilometers afgelegd als in de hele periode ervoor, maar wel een stuk minder tijd in vervoersmiddelen. Vanaf Chengdu waren we namelijk weer terug in (min of meer) vlak gebied. Wegen konden dus weer recht zijn, asfalt weer volop aanwezig. Chengdu was een cultuur-schok. Wolkenkrabbers, nette parken, Mc Donald's en schone lakens. Dat hadden we allemaal sinds Lijiang, de laatste stad voor de Tibetaanse wereld, niet meer gezien. Was goed om in Chengdu weer even op krachten te komen, ontbijten met brood, bacon and eggs en wat rondslenteren door een moderne Chineze stad.

Moderne steden vervelen echter snel, sterker nog, de bergen trokken alweer. Na Chengdu zijn we naar Emei-shan gereden. Dit is 1 van de 3 heilige Boeddhistische pelgrimsbergen, met een enorme gouden Boeddha op de top. De weg ernaar toe was echter lang, en voerde over duizenden treden om 2400 hoogtemeters te overbruggen, langs agressieve apenkolonies en bijna nog agressievere waterverkopers. Na bijna twee dagen door de mist te hebben gelopen, kwamen we vlak voor de top echter ineens boven de wolkenzee, wat de ontberingen meer dan waard maakten.

De moderne Chineze pelgrim denkt er echter niet over om 2 dagen over traptreden te lopen dus, handig als ze zijn, hadden ze ook een lift gebouwd vanaf 400 meter onder de top naar de top. En om bij de lift te komen een asfaltweg. Helaas dus dat het op de top zwart (geel) zag van de Chinezen, maar het bespaarde onze knieen 2 dagen afdalen. We hebben diezelfde dag nog de bus genomen naar Leshan, waar een enorme Boeddha van 71 meter hoog is uitgehakt in de rotsen. Waarschijnlijk kloppen de verhoudingen van de Boeddha niet geheel, want sommige lichaamsdelen van hem waren wel heel groot, zoals een grote teen van 8 meter.

Na Leshan kwamen we aan in de grootste administratieve eenheid ter wereld, Chonqing. Alhoewel de meeste Nederlanders waarschijnlijk nog nooit van deze stad gehoord hebben is het echt een wereldstad, overal wolkenkrabbers, en enorme bruggen over de Yangtse. De Yangtse was de reden voor ons om naar Chongqing te gaan, het was vanaf daar namelijk mogelijk om aan boord van een cruise-schip te stappen en in 2 dagen en 3 nachten af te zakken over de Yangtse naar Yichang. Dat is de stad waar China bezig is met het een-na-grootste Chineze project ooit: de 3-kloven-dam (de Chineze muur is nog steeds het grootste). Onze rivier-cruise voerde tussen deze 3 kloven door, en was vooral indrukwekkend vanwege het idee dat door de bouw van de dam het waterpeil vooral de laatste 5 jaar enorm is gestegen in het gebied. 1.9 miljoen (vooral arme) mensen hebben hun huis moeten verlaten, en tot 2009 zal het peil nog zo'n 8 meter steigen. De meeste huizen aan de oever van de Yangtse waren dan ook al leeg. Nogal controversieel dus, deze dam. Hij zag er wel indrukwekkend uit, met een lengte van zo'n drie kilometer. Maar de cruise was vooral heel relaxed, beetje zonnen aan boord van het schip, boekje lezen en van de omgeving genieten.

Aangekomen in Yichang moesten we nog verder door naar het oosten om weer in een metropool aan te komen, Wuhan. En toen waren we wel heel ver van Kunming vandaan, hoog tijd dus om een snelle trein te nemen weer een beetje in de richting van de plaats vanaf waar ons vliegtuig weer naar Bangkok vertrekt. Na 15 uur in de trein gezeten te hebben (onze eerste treinreis in China: redelijk mooie trein maar bomvol), kwamen we aan in Yangshuo. "Ah, Yangshuo, that legendary backpacker hang-out, a great laid-back base from which to explore other villages", schrijft de LP over dit pittoreske dorpje weer in subtropisch China. Yangshuo was inderdaad de typische "backpackers hang-out", met breakfast-buffets, banana-pancakes, cappucino's en disco's. En gelegen in een fantastische omgeving, steile limestone-bergen, kronkelende rivieren ertussendoor, en daar weer tussen alle soorten tropische landbouw denkbaar: kaki-fruit, mandarijnen, maar vooral veel rijstvelden. Ideaal om te fietsen, ideaal om te verdwalen (het heeft me een hele lange fietstocht gekost); nog idealer on te klimmen. Omdat ik geen materiaal bij me had, hebben we een dagje een Chinees plus materiaal ingehuurd, en een supermooie meerdere touwlengte route geklommen.

Wat ook heel bijzonder was, is dat ik totaal onverwacht mijn GSAC-bestuursgenoot Wouter van Leeuwen tegenkwam in het dorpje Yangshuo. Op straat kwamen we hem tegen en liepen we hem voorbij maar het was zo onverwacht dat Annieka Wouter moest roepen; ik vond het zelf te ongelooflijk. Helaas ging Wouter de volgende dag al weer weg.

Na Yangshuo hebben we nog twee dagen doorgebracht in de "dragon's backbone rice terraces". Complete bergen zijn hier volgebouwd met rijstterrassen, wat heel indrukwekkend is. Het was ook een aangename ontsnapping uit het toeristische Yangshuo, wakker worden door haangekraai i.p.v. autogeronk. Gisteren en afgelopen nacht hebben we 22 uur doorgebracht in een trein van het kaliber "stoptrein van Hoogeveen naar Groningen", maar dan nog met iets hardere banken. Er bestaan ook treinen met bedden, maar die waren uitverkocht. We hebben de nacht dus vrijwel slaaploos doorgetrokken tussen de rochelende, rokende en bier drinkende Chinezen. We moesten echter wel terug naar Kunming. Zoals al gezegd gaat over 2 dagen ons vliegtuig.

De tijd in China is voorbij gevlogen. Volgens mij hebben we een heel afwisselende reis gehad, en ook veel afwisselende dingen gedaan*. Hierna nog een weekje strandhangen op een tropisch eiland in Thailand, dan op naar Japan. Ik heb veel zin mijn gastfamilie daar weer te zien. Ik probeer vanaf Japan weer een stukje te schrijven. Zai-djen!

*Vandaag hebben we bijvoorbeeld nog in het park in Kunming in een grote plastic strandbal op het water proberen te lopen, wat vooral neerkwam op keihard in de bal vallen. Dit alles begeleid door een luid geschater van de drommen Chinezen die erom heen stonden (hier bestaat een filmpje van). Ook hebben we vandaag trouwens nog in zo'n ruimtevaart-oefenbol gezeten waar je heel hard ronddraait (zie foto). Kortom het was een enerverende dag ;.)

Monday, October 02, 2006

Racen uit Tibet


De titel van dit verhaaltje is dubbelzinnig. Vanochtend zijn we de Tibetaanse wereld zo'n beetje uit gereden, vanuit het dorpje Tagong. Over de zogenaamde Sichuan-Tibet Highway, de snelweg die de Chineze provincie Sichuan met de Tibetaans hoofdstad Lhasa verbindt. De term "highway" is echter een overdrijving, de weg bestond voor het grootste gedeelte uit zandpad compleet met keien en kuilen. Verder is sinds vandaag in geheel China een vakantieweek begonnen, wat er voor zorgde dat in dit anders zo rustige en rustieke gedeelte van China nu een complete file van auto's stond op deze "highway". En niet zo een die in Nederland het dagelijkse ochtendspits-straatbeeld beheerst, maar een van ongeduldige Chinezen die ondanks dat er allesbehalve ruimte is om in te halen, dit toch proberen. De kwaliteit van de weg en de aard van de Chinezen zorgde er in ieder geval voor dat er op de Sichuan-Tibet Highway zeker geen sprake was van racen.

Van racen in een tweede betekenis van het woord was echter wel sprake. Toen we 3 dagen geleden aankwamen in Tagong, kreeg ik na het drinken van een warme chocolademelk plotseling wat rare kriebels in de maag, en 2 uur later kwam de chocolademelk er dan ook via de vooringang weer uit. Bij overgeven alleen bleef het niet, ik heb de volgende dag de hele dag in bed gelegen, met regelmatige uitstapjes naar de wc. Reizigersdiarree.. het voelde weer als vanouds, als 6 jaar geleden met Ruud in India. Goed, van Tagong heb ik zelf dus niet veel gezien (maar gelukkig regende het daar ook bijna de hele tijd). Vanochtend heb ik maar een paar pillen Immodium (allesstopper) ingenomen, zodat ik er tenminste tijdens de rit naar Kangding, waar we nu zitten, geen last van had. Ik hoop dat dit "racen" snel voorbij is.

Vanuit Litang, waar ik de vorige update schreef, zijn we (we reizen nog steeds met z'n vieren: Mark, Linda, Annieka en ik) doorgereden naar Ganzi. In Ganzi hebben een enorm Tibetaans klooster bezocht, en ook de grote Tibetaans wijk voor dit klosster, vol lemen hutjes was interessant om door heen te lopen. Verder hebben Annieka en ik nog een grote grasberg opgelopen, met op de top een fantastisch uitzicht op begletsjerde stijle punten er naast en bergen in de vorm van bepoedersuikerde oliebollen. En natuurlijk de uitstrekkende groene heuvels onder en spectaculaire wolkenluchten boven dit alles. Verder overal rondcirkelende lammergieren. Kortom, een heel mooie wandeling. Na Ganzi zijn we via een eveneens verschrikkelijke weg doorgereden naar Tagong, een dorpje op 3800 meter te midden van groene grasheuvels, met op de achtergrond weer grote bergen. Maar die waren door het slechte weer niet te zien (en bovendien zou ik er toch niet van genoten hebben in bed).

Vanaf hier zijn we van plan naar Chengdu te gaan en vanaf daar, ehh, dat moeten we nog bekijken. Tot de volgende keer.